In 1991 werd de Rijksluchtvaart School geprivatiseerd en voor de symbolische som van één Nederlandse gulden overgenomen door KLM om als zelfstandig bedrijf door te gaan onder de naam KLM Luchtvaart School (KLS).

Direct na de Tweede Wereldoorlog voorzag toenmalig KLM-directeur Albert Plesman een aanzienlijk tekort aan goed opgeleide en gekwalificeerde piloten. Hij meende dat KLM in 1948 maar liefst driehonderd vliegers nodig zou hebben, terwijl Nederland er in 1945 slechts 52 telde. Plesman wist de regering ervan te overtuigen dat de veiligheid in de lucht een verantwoordelijkheid was van het Rijk. Tijdens de ministerraad van 13 november 1945 werd besloten een rijksopleiding voor verkeersvliegers op te richten. De Rijksluchtvaart School (RLS) opende op 1 januari 1946 haar deuren.

Militaire aanpak

Op 8 april 1946 startte de eerste cursus van de RLS met 78 studenten op de militaire basis Gilze-Rijen. Het merendeel van de instructeurs had een militaire achtergrond en de eerste directeur van de RLS, Jan Bach, was voorstander van een militaire aanpak. De inventaris van de Rijksluchtvaart School werd overigens ook grotendeels bij elkaar verzameld vanuit de voorraden van Defensie; het personeel van de Rijksluchtvaartschool werd in voormalige battledresses van de RAF gestoken. Voor de leerlingen werden nieuwe uniformen gemaakt. Voor de basisopleiding waren in eerste instantie twaalf Tiger Moths beschikbaar. Dit aantal groeide uit tot 25. De opleiding werd afgerond op Beechcrafts en Harvards.

Verhuizing naar Eelde

Door gebrek aan ruimte verhuisde een gedeelte van de opleiding al in 1946 naar vliegbasis Ypenburg. In 1950 werden de Saab Safir en de Fokker S11 als opleidingsvliegtuigen in gebruik genomen. Terwijl een Douglas Dakota dienst deed als vliegend klaslokaal voor de lessen meteo en navigatie. In 1954 verhuisde de Rijksluchtvaart School naar Eelde, waar in 1956 het internaat werd geopend.

Voorlopige stop aanname studenten

De recessie in 1962 raakte de KLM, tot op dat moment nagenoeg de exclusieve afnemer van de Rijksluchtvaart School, hard. Een moeilijke periode brak aan. Er moest zelfs worden besloten tijdelijk geen studenten aan te nemen. Ondertussen werd de opleiding naar een hoger niveau getild. Tussen 1964 en 1972 ging het weer beter en werd wederom nagenoeg uitsluitend opgeleid voor  KLM. Als gevolg van de oliecrisis brak vanaf 1973 opnieuw een mindere periode aan.

Vrouwen en prinsen

In 1973 verwelkomde RLS de eerste vrouwelijke leerling. Ook mocht de RLS zich verheugen in Koninklijke aandacht; Kroonprins Willem Alexander (tegenwoordig Koning Willem Alexander) meldde zich in 1987 aan voor een verkorte opleiding en kreeg op 9 juli 1987 zijn brevet uitgereikt.

Andere luchtvaarmaatschappijen

De Rijksluchtvaart School opende na verloop van tijd haar deuren voor andere luchtvaartmaatschappijen, de Koninklijke Luchtmacht en andere ondernemingen in de luchtvaartsector. De uitstekende reputatie van de RLS werkte sterk in haar voordeel. Zo werd opgeleid voor de Iraanse (toen nog Perzische) marine, Ghana Airways en Dienst Luchtvaart van de Rijkspolitie. Ook leidde RLS aspirant verkeersleiders op.

Vliegtuigtypen

Naast de al genoemde typen Tiger Moth, Harvard, Dakota, Fokker en Safir heeft een reeks van vliegtuigen gediend voor de opleiding aan de RLS. Zo maakten de studenten door de jaren heen kennis met de typen Junkers 52 – afkomstig uit de oorlogsbuit van de geallieerden na de Tweede Wereldoorlog –, Morane Saulnier, Hansajet, Cessna 152, Cessna Citations en Slingsby.

RLS wordt KLM Flight Academy

In 1991 werd de Rijksluchtvaart School geprivatiseerd en voor de symbolische som van één Nederlandse gulden overgenomen door KLM om als zelfstandig bedrijf door te gaan onder de naam KLM Luchtvaart School (KLS). Dit hield in dat de KLS haar eigen commerciële verantwoordelijkheid had en ook haar activiteiten kon uitbreiden naar andere luchtvaartmaatschappijen. Om het internationale karakter van de school te onderstrepen werd de naam gewijzigd in KLM Flight Academy.

Heb jij je al aangemeld voor onze opleiding?